Aminozuren behoren niet tot de mineralen en zitten meestal niet in elk mineraalvoer. Aminozuren zijn de bouwstenen waaruit eiwitten zijn opgebouwd. Paarden kunnen veel van de 20 bekende aminozuren zelf aanmaken. Sommige moeten met het voer worden gevoerd. Dit worden essentiële aminozuren genoemd. De belangrijkste zijn lysine, methionine/cysteïne, tryptofaan en threonine. Ze zijn allemaal belangrijk voor onder andere de opbouw van spieren. Maar ook gezonde, stabiele keratine in haren en hoeven, de melkproductie van de merrie, de groei van het veulen, de hormoonfuncties, de energievoorziening bij topprestaties etc. vragen om voldoende voeding met essentiële aminozuren. Essentiële aminozuren zitten in veel diervoeders, b.v. in hooi (hier echter vaak in slecht verteerbare vorm), in gras, in biergist, in sojavlokken, in sojameel en in koolzaadmeel. Zuivere, kristallijne aminozuren zijn echter het best verteerbaar, biologisch beschikbaar en zacht voor de stofwisseling. Als ze aan de muesli worden toegevoegd, kunnen ze direct in de darm worden opgenomen en zijn ze 100% beschikbaar voor het paard. Hoe hoog het gehalte aan pcv, d.w.z. aminozuren die voor het paard beschikbaar zijn, in een voer is, kunt u vinden onder de analytische componenten van de afzonderlijke voeders.